In deze interviewserie laten we je kennismaken met de mensen die ons het meest inspireren: creatievelingen, educatievelingen, activisten, gemeenschapsleiders en de alledaagse supermensen die ons scherp houden. We geven je een inkijkje in hun dagelijkse levens, thuishavens en werkruimtes. We hebben het over motivatie en inspiratie, en natuurlijk alles dat met stijl te maken heeft.
Maak kennis met de muze van deze maand: Lydia Okello, model, schrijver en content creator met een eigen platform. Dit biedt een podium aan mensen die door de mainstream media vaak misbruikt worden om de schijn van discriminatie te vermijden. Op dit platform kunnen deze individuen hun stem laten horen en het moedigt iedereen die het leest aan om mode als middel van zelfexpressie te omarmen. Na afloop van het interview hadden we zo veel geleerd over acceptatie, zowel van onszelf als anderen, en voelden we ons completer. We hopen dat jij dit ook zo ervaart.
Je hebt waarschijnlijk meer gemeen met mensen dan je denkt, omdat je mensen niet kunt bestempelen met maar één bijvoeglijk naamwoord.
Hoe ben je in de mode-industrie terechtgekomen?
Ik heb sinds mijn 15e al allerlei baantjes in de mode gehad. Ik groeide op in een kleine stad en werkte als tiener in de coolste winkel van het winkelcentrum. Zelfs daarvoor was ik al geïnteresseerd in de geschiedenis van de mode, en las elk tijdschrift en boek dat maar voorhanden was. Ik was er helemaal weg van en wilde alles erover weten. In 2008 begon ik met Style is Style, dat sindsdien is uitgegroeid op diverse socialmediakanalen. Waar ik opgroeide, waren mensen niet echt geïnteresseerd in kleding, dus was het superleuk om een community te vinden van mensen die mijn liefde voor mode deelden… en ook mij begrepen. Destijds was het gewoon een plek waar ik mijn ideeën kon delen, met vrienden kon praten en mijn kennis van de laatste collecties kon tonen. Ik had echt geen idee dat ik zou zijn waar ik ben, nu 13 jaar later.
Hoe is je carrière verlopen?
Ik ben nu model, schrijver en content creator en woon in Vancouver, British Columbia, dat is in Canada, op het grondgebied van de Musqueam, Squamish en Tsleil-Waututh. Als plussize model is het voor mij heel belangrijk om de mode-industrie toegankelijker te maken, zodat iedereen ongeacht zijn, haar of hun maat kleding kan dragen die hij/zij/hen leuk vindt en niet alleen maar wat er beschikbaar is. In mijn werk onderzoek ik ook hoe mode, duurzaamheid en ethiek samenkomen.
Ik ben helemaal weg van de creativiteit en het gevoel van ontsnapping die high-fashion omringt, maar het liefst vertel ik verhalen met kleding als middel. Daarom moedig ik anderen aan zichzelf op deze manier te uiten, omdat ik vind dat we dit allemaal verdienen.
Welk advies zou je iemand dan geven die op het punt staat zijn eigen stijl te ontdekken?
Draag het gewoon. Ook al denk je dat het gek staat of niet gepast is, het zijn kledingstukken. Je kunt ze uittrekken als je de look niet mooi vindt. Het is belangrijk dat je hieraan niet te zwaar tilt. Ik heb zo veel items gedragen die ik nu nooit weer zou dragen. Maar dat geeft helemaal niet! Ik probeerde dingen uit om te zien of ik het mooi vond. Ik ben blij dat ik mij zeker genoeg voelde om dat te doen. Geloof me, niemand trekt zich echt veel van je aan, dus hou jezelf vooral niet in.
Vergeet niet dat anderen je met andere ogen bekijken en minder streng zijn dan jezelf. Ze hebben wel wat beters te doen.
Waarschijnlijk zijn ze te druk bezig zichzelf onder de loep te nemen! Want hieraan maken we ons allemaal schuldig. Wat er ook maar door je achterhoofd gaat, van “Zal iedereen naar me staren?” of “Ik weet niet of ik dit wel kan dragen”, weet dat dit niet diepgaand is. Absoluut niet.
Hoe zou jij je stijl omschrijven?
Preppy omastijl. Qua silhouetten geef ik de voorkeur aan blouses met knopen, een mooie pantalon of broek. Ik ben ook dol op felle statementjurken. De losse items die ik draag worden veelal door ouderen gedragen. Maar ik ben dol op kleuren en patronen, en dus gebruik ik ongebruikelijke kleurcombinaties en verschillende silhouetten om een eigen stijl neer te zetten.
Wie of wat heeft jouw stijl het meeste beïnvloed?
Toen ik jonger was, was ik helemaal verliefd op Leonardo DiCaprio. Romeo + Juliet vond ik zo leuk en de stijl van zijn personage in die film gebruik ik telkens weer als referentie. Deze heeft een tijdloos en tegelijkertijd eigen karakter. Zo zou ik mijn stijl ook willen omschrijven. Ik ben helemaal weg van vintage en tweedehandskleding, dus mijn looks hebben een bepaalde nostalgie over zich.
Ik put ook inspiratie uit de natuur, omdat de natuur om ons heen de mooiste kleurencombinaties heeft. Soms zeggen mensen weleens dat ze bepaalde kleuren niet zouden combineren. Niet echt meer van deze tijd, want als je naar een tuin kijkt, zie je dat alle kleuren voorkomen en op verrassende wijze worden gecombineerd. Tegen een bloem zeg je toch ook niet: “Je kunt beter niet paars zijn.” Dat accepteer je gewoon. De natuur is een oneindige bron van inspiratie.
Hoe is jouw stijl in de loop der jaren veranderd?
Toen ik begon met deze blogs zat ik echt in een fase waarin ik dol was op supervrouwelijke kleding in de vintagestijl van huisvrouwen uit de jaren 50. Ik droeg drie jaar lang geen broeken, alleen maar rokken en jurken. Qua kleuren en patronen, is alles nu meer ingetogen. Ik weet zeker dat velen zouden zeggen: “Dit is ingetogen?” Maar voor mij echt wel. Ik droeg veel meer clashende patronen. Mijn stijl veranderde geleidelijk toen ik naar buiten kwam als queer en panseksueel en me realiseerde dat ik niet-binair ben. Ik gaf niet om comfort toen ik begin twintig was. Ik wilde de hoogste schoenen en korte, zwierige minirokken. Als ik ergens naartoe moest lopen, deed ik dat heel langzaam. Dit ligt nu allemaal achter me. Ik wil nu comfortabele schoenen, relaxte blouses, meer draagcomfort. De huidige situatie heeft ook invloed op mijn stijlkeuzes. Ik werk vanuit huis en om dit acht uur lang in een strakke broek te doen, is gewoon niet comfortabel. Ik voel minder druk nu om een perfecte look neer te zetten, maar mijn liefde voor kleur is vast een blijvertje.
Welke creatievelingen bewonder je zoal?
Ik vind wat mijn vriendin Marielle Elizabeth doet echt super. Ze is werkzaam in de slowfashion-branche, en richt zich met name op dikke lijven. Wat ik zo mooi aan haar vind is haar doordachtzaamheid. Ze weet goed duidelijk te maken waaraan ze zich ergert in deze industrie en wat ze wil zien. En dat doet ze helemaal zelf. Ze is genadeloos hierin en vertelt mensen niet dat het oké is. Omdat het namelijk niet oké is. Er zijn veel dingen gaande in de mode-industrie die niet oké zijn. Het slaat toch nergens op dat deze dingen in 2021 weer worden herhaald.
Ik ben ook een fan van schrijfster Zeba Blay, die voorheen filmcriticus was en nu meer een cultuurcriticus. Ik voel een band met haar omdat we beide eerste generatie zijn van Afrikaanse ouders en streng zijn opgevoed. Haar Instagram toont zowel actuele als archiefbeelden van zwarte mensen die verschillende dingen doen. Soms is het kunst, soms is het afrohaar. Soms is het afroliefde of zwarte mensen die blij zijn. Dit klinkt misschien simpel, maar er wordt in de media nauwelijks aandacht besteed aan het gewone leven van zwarte mensen. Haar werk komt voort uit haar persoonlijke ervaring en de maatschappelijke ervaring.
Je bent model, schrijver, content creator en bovenal fashionicoon… Wat is je geheim? Heb je een dagelijkse routine om jezelf in balans te houden?
Ik zou graag ja zeggen, maar ik heb niet echt een routine. Ik heb het afgelopen jaar veel te veel tijd in mijn werk gestoken. Qua werk heb ik geen grenzen en helemaal omdat we een tijdje even geen sociale verplichtingen hadden. Ik werkte vanuit huis en had eigenlijk niet veel excuses om het huis uit te gaan. Onlangs heb ik een werkplek gevonden in een gedeelde studio. En ik denk dat het voor mij goed uitpakt om een aparte werkplek te hebben en thuis te kunnen relaxen. Ik heb nog geen balans gevonden, maar daar werk ik hard aan.
Je bent negroïde, Oegandees Canadees om specifiek te zijn, queer, non-binair en dik. Hoe bepaalt deze ervaring je stijl en je creatieve werk?
Hoe bepaalt dit het niet? Toen ik jong was, dacht ik niet veel na over mijn identiteit. Ik was nog steeds aan het verwerken hoe ik mij voelde over mijn identiteit, over het zwart zijn. Omdat ik ben opgegroeid in West-Canada, pas ik niet echt in het stereotype van wat zwart zijn is, of zoals de Amerikanen dit dan zien. Maar zwart kan van alles zijn. Terwijl ik mijn queer zijn accepteerde en mijn non-binaire identiteit naar bovenkwam, ontdekte ik ook wat mijn zwart zijn en erfgoed voor mij betekenden. Ontdekken wat goed voelt en niet meegaan in hoe ik dacht dat anderen wilden dat ik was, is een lange reis geweest, waaraan ik nog steeds werk. En ik denk niet dat het ooit zal stoppen.
Veel modemedia benaderen representatie vanuit het ‘minderheidsverhaal’ en door de lens van iemand die deze ervaring niet zelf heeft meegemaakt, vooral door de lens van de witte mens. In de modemedia werken ze ook veel met symbolische bouwstenen. Je krijgt dan te horen: “Wauw, je bent dik – dat is echt super!” Maar ze maken geen kleding in grotere maten of alleen maar in één stijl. Of ze zetten tijdens de maand van de zwarte geschiedenis één zwarte in de spotlight en de rest van het jaar zie je geen enkele zwarte weer op hun site. En dat geldt ook voor de Pride-maand. Ik zie dat soort gedrag als geworteld in een gebrek aan echte inclusie. Als daar geen mensen met deze identiteiten werken, is het moeilijk te begrijpen waarom dat symbolisch is en niet per definitie waardering.
Dus het is belangrijk voor mij om stemmen direct te verheffen, zonder tussenkomst van een verhalenverteller, zodat mensen de kans krijgen om hun stem en talenten te delen, evenals aspecten van hun leven die niets te maken hebben met die identiteiten! En dat is voor veel media moeilijk te bevatten. Het is een menselijke ervaring. Je hebt waarschijnlijk meer gemeen met mensen dan je denkt, omdat je mensen niet kunt bestempelen met maar één bijvoeglijk naamwoord.
Hoe zorg je ervoor dat je werk toegankelijk is en ethisch handelt?
Ik kies zorgvuldig met wie ik werk. Veel van wat ik doe is merken onderzoeken en promoten die echt goed werk doen. Er zijn heel veel kleine ondernemingen die grotere maten maken, dingen op bestelling of kleding in kleinere batches. Ze zijn niet de enige oplossingen, maar zeker onderdeel van de oplossing.
Omdat ik een plussize ben, heb ik de neiging te denken dat als ik in merkkleding pas ze goed bezig zijn, maar dat is niet per se waar. Er zijn veel mensen die nog dikker dan mij zijn en echt veel moeite moeten doen om mooie kleding te vinden. Daarom is het vinden van merken die net een stapje verdergaan sinds kort mijn voornaamste focus. Als een merk waarmee ik samenwerk niet over de hele linie dezelfde opties aanbiedt, vraag ik welke maten ze van plan zijn op te nemen. Dat is niet het enige wat ik kan doen, maar omdat ik bevoorrecht ben en met ze samenwerk, kan ik de mening van anderen een stem geven en de feedback die ik krijg met ze delen.
Dat is ook iets wat je als consument kunt doen. Als je de gangbare maten draagt en ziet dat je favoriete merk geen plussize heeft, loont het om een e-mail te sturen of een DM. Dit hoeft niet te uitgebreid te zijn. Je kunt zeggen: “Hallo, ik vind jullie kleding erg mooi, maar vrienden van mij ook en die kunnen ze helaas niet dragen.” Als consument heb je enige invloed. Als meer mensen die niet plussize zijn deze merken hierop zouden attenderen, zou er ook meer gebeuren, denk ik.
Dit betekent dus ook dat heel veel duurzame opties niet voor iedereen beschikbaar zijn. Hoe pak je dit aan in je werk?
Een van de dingen die ik probeer te doen, is opties in verschillende prijsklassen aanbieden, in plaats van te zeggen wat ze moeten spenderen om duurzaam te shoppen. Want laten we eerlijk zijn, de perfecte consument zul je nooit worden. En dat maakt ook niet uit, want het systeem waarin we werken is imperfect. Ik denk dat het belangrijk is om mensen zich niet schuldig te laten voelen over de opties die ze kiezen, omdat er veel redenen zijn waarom je misschien geen $ 300 aan een broek kunt uitgeven. En dat is helemaal terecht! Ik wil vooruitgang benaderen met een vriendelijke inslag in plaats van veroordeling, omdat ik weet dat ik de neiging heb mezelf te veroordelen en dat verandert niet per definitie mijn gedrag. Dus ik probeer manieren te vinden om mensen tegemoet te komen op het punt in hun leven dat zij bereikt hebben, omdat ik mijn winkelgedrag pas veranderde toen mij dit overkwam.
Je zegt met trots dat je dik bent. Waarom is het belangrijk om dat woord te gebruiken?
Ik voelde me niet altijd trots op het feit dat ik dik ben. Ik heb in de afgelopen vijf tot zeven jaar meer geleerd over bodypositivity, lichaamsneutraliteit en waarom ‘dik’ geen negatief woord is, althans niet voor mij en andere dikkere mensen die een positieve kijk hebben op hun lichaam. Dik is gewoon een benaming, net als dun, klein, dik en gespierd stuk voor stuk benamingen zijn voor iemands fysiek. We leven allemaal in een vetfobische samenleving waarin de mentaliteit heerst dat dik zijn verkeerd, slecht of ongezond is. Ik ben het hier niet mee eens. Als je kijkt naar de wetenschap hierachter, blijkt eigenlijk dat niet dik zijn veel mensen ongezond maakt. Het is de vetfobie binnen de geneeskunde die bijdraagt aan negatieve gezondheidsresultaten op de lange termijn. Ik bestempel mezelf als dik en praat er met trots over, omdat het niet iets negatiefs is en ik wil dat meer mensen dit gaan beseffen.
Dat inzicht gaf mij enorm veel kracht. Maar dat wil niet zeggen dat iedereen die op mij lijkt of mijn maat heeft zich net zo zal voelen. Maar dit besef veranderde wel mijn kijk op wat ik kon doen en wie ik kon zijn, omdat ik me lange tijd een leven voorstelde waarin ik niet dik was en een maat had waarvan ik dacht dat die acceptabel was. En dat weerhield me er echt van om andere dingen te ervaren. Het was emotioneel belastend en zo’n beetje alles waaraan ik kon denken.
Je noemde de hype rondom zowel bodypositivity als lichaamsneutraliteit. Over het eerste onderwerp is de afgelopen jaren al heel veel gezegd. Kun je ons wat meer vertellen over lichaamsneutraliteit en wat dit voor je betekent?
Het is meer een benadering waarbij je je lichaam en je relatie ermee gewoon ziet voor wat het is. Ik denk dat veel mensen bodypositivity zien als je altijd positief voelen over je eigen lichaam. Bij lichaamsneutraliteit is er geen verwachting om altijd van je lichaam te houden, maar er is ook geen verwachting om dat ook niet te doen. Voor mij voelt dit realistischer, omdat ik niet denk dat ik ooit een punt zal bereiken waarop ik me elke dag super voel. Door mijn lichaam op een meer neutrale manier te benaderen, op dagen dat ik me down of gefrustreerd voel, kan ik gewoon zijn zoals ik me voel. Al met al heb ik eigenlijk een positievere kijk op mijn fysieke lichaam door er op een meer neutrale manier over te denken.
Ik realiseerde me niet hoeveel berichten ik had geïnternaliseerd rond dikke mensen en hoeveel negatieve stereotypen ik zowel op hen als op mezelf projecteerde. Ik heb dat allemaal afgeleerd en geaccepteerd dat je lichaam je lichaam is. Je kunt je er goed over voelen, je kunt je er minder goed over voelen, maar het wel is je basis. Je moet dus manieren vinden om te genieten terwijl je de wereld tegemoet gaat. Zo veel industrieën spelen in op hoe ongelukkig we zijn met ons lichaam. Acceptatie is een revolutionaire daad.
Photo Credit: Rebecca Benoit
Shop de stijl van Lydia hieronder en blijf onze blog Off The Cuff volgen voor meer stijlinspiratie, DIY-tutorials, sneak peeks van onze nieuwste samenwerkingen en alle nieuwtjes voor insiders.